top of page

BLOG

Lees meer over wat we doen, wat ons drijft en hoe we winnen.

Foto van schrijverGjerryt Leuverink

Participatie is ingewikkelder dan nodig

Bijgewerkt op: 4 mrt. 2021

AFLEVERING 7 van 7


Participatie is gewoon hele goede communicatie. In essentie dan. Het lijkt soms wel de grote toverformule van de laatste jaren waarmee organisaties – sinds de 'open- en transparant'-revolutie – ‘andere mensen’ mee laten denken of beslissen over beleid, plannen en uitvoering. Dat heet dan ‘luisteren’ of ‘de buitenwereld binnenhalen’. Toch komt die participatie nog niet altijd lekker uit de verf, wordt gezocht naar 'nieuwe vormen van participatie' en is er een heuse ‘participatie-elite’ ontstaan die dan weer niet altijd gewenst blijkt. Werk aan de winkel dus! Of doen we te moeilijk?

In deze blogserie gaan we in op de zin en onzin van participatie en de raakvlakken met je organisatie, marketing en communicatie. Aan de hand van geleerde lessen, voorbeelden en verwonderingen kijken we verder. Dit is het laatste deel: aflevering 7 van 7: we hebben al veel besproken, maar we moeten het echt nog even hebben over de blabla van participatie...


Participatie is ingewikkelder dan nodig

In deze serie zijn we ingegaan op de zin en onzin van participatie. Met verschillende invalshoeken, van afzenderschap en het proces - dat doorlopend zou moeten zijn - tot de drang om vooral innovatieve participatievormen in te zetten. Tot slot dan aflevering 7 van 7: we moeten het echt nog even hebben het hoge blabla-gehalte van participatie. Er wordt namelijk ingewikkelder over gedaan dan nodig. Dat komt ervan als iets een buzz-woord is; voor je het weet wordt er vanalles bijgehaald.

Er wordt nogal gewichtig over gedaan...

Want nou-nou; er wordt nogal gewichtig over gedaan. Hele organisaties, beroepsgroepen en bureaus storten zich erop en willen de wereld doen geloven dat het allemaal uiterst ingewikkeld is. Voor je het weet heb je een compleet participatiecircus opgetuigd. Allemaal niet nodig. Het zijn namelijk lang niet altijd de inwoners of klanten die daar beter van worden. Niet zelden geeft het organisaties of initiatiefnemers vooral zelf een goed gevoel om een mooi participatietraject op te tuigen. Daar kun je namelijk mee shinen, je kunt de inspraakmogelijkheid afvinken of je kunt aan andere organisaties laten zien dat je goed bezig bent.


Begin gewoon bij de kern: wat moet er gerealiseerd worden? Welke ambitie? Welk doel? Van een rotonde tot een beleid voor het sociaal domein en van een nieuw huishoudelijk apparaat tot een moderne verzekeringspolis. Wees concreet en scherp in wat je wilt bereiken en wie je daar oprecht over wilt laten meedenken. Vooral ook op het vlak van de zaken die onderdeel zijn van dat doel. Als je met elkaar al bedacht hebt wat de beste plek is voor nieuwe woningen, ga dan geen participatietraject optuigen om mensen over locaties te laten meedenken. Maar ontwikkel een strategie die gericht is op het verkrijgen van draagvlak voor die plek; dat is iets anders.


Bij een participatieavond over een nieuw te bouwen stadhuis kregen deelnemers de vraag: wat vindt u eigenlijk dat zo’n stadhuis moet zijn? Dat is een prachtige vraag, maar alleen als je openstaat voor de suggesties. Mocht je als gemeente al bedacht hebben welke functies het nieuwe stadhuis krijgt, dan kun je die vraag beter niet stellen. Ter plekke wilden mensen ook iets vinden van de locatie. Het antwoord van de verantwoordelijk wethouder daarop was vriendelijk maar beslist: de locatie ligt vast. We voeren dit gesprek over een nieuw stadhuis op deze plek.

Het is geen rocket science

De blabla van participatie ontstaat ook vaak bij de middelen die ingezet worden. Hele discussies over de vraag of het een informatieavond, participatieavond, klankbordgroep, focusgroep of panel moet heten. Allemaal ballast. Voer het goede, gelijkwaardige gesprek, put je niet uit om het steeds innovatiever of creatiever vorm te geven, maar doe het vooral oprecht en goed. De beste werkvormen en manieren voor dit soort sessies zijn al lang bekend. Het is geen rocket science.

Terug naar de eerste aflevering van deze reeks: participatie is gewoon hele goede communicatie. Een deel van de blabla ontstaat dus ook als er ineens gewichtig wordt gedaan over participatie omdat we er meer gewicht aan toekennen. Een gesprek met inwoners of enquête onder klanten, gaat dan ineens anders heten of krijgt een ander belang. Er wordt met middelen gedweept, van VR-brillen en ontwerpwedstrijden tot focusgroepen die ineens Zoom-groepen worden en wat al niet meer. Maar de essentie is en blijft gewoon: neem de mensen die bij je plannen betrokken zijn serieus en ga met hen communiceren in plaats van ze te informeren.


Niet alle toeters en bellen of creatieve vormen zijn natuurlijk onzin. We deden een participatiebijeenkomst waarbij inwoners en lokale ondernemers met blokjes op een kaart konden bouwen, van de gebouwen en parkeerplaatsen tot de fietspaden. Een stedenbouwkundige dacht ter plekke mee. Ter plekke ontstonden zo een paar reële scenario’s die de groep zelf aan de raad presenteerde.


Participatie is niet het antwoord op alles. Op welk vlak is het zinvol je publiek te laten meedenken of -bepalen over het beleid en de plannen van je organisatie? Waar wordt je organisatie en dat publiek beter van? Waarom zou het hen iets kunnen schelen en komen ze daar dus hun bed voor uit? Welk doel helpt het bereiken? Waartoe dient het? Geef de antwoorden hierop een plek in je aanpak en je participatietraject zal beter uit de verf komen dan ooit… Ongeacht de toeters, bellen, spiegeltjes en kraaltjes die je inzet. Echt waar. Participatie, maar dan niet voor bühne.

De zin en onzin van participatie (7/7)

Dit is deel 7 van 7 - en dus de laatste - in een serie van De Selectie over participatie. Denk je mee? Graag hoor ik hoe jij naar het onderwerp kijkt en wat jouw geleerde lessen, tips of succesverhalen zijn. In deze serie:


148 weergaven0 opmerkingen

Recente blogposts

Alles weergeven

Comments


bottom of page